de Winde
De winde (Leuciscus idus) is een typische riviervis. Hij houdt van schoon en stromend water. In Nederland wordt de winde vooral aangetroffen in rivieren en beken, maar ook in meren en plassen. Het is een krachtige zwemmer, die net als de zalm in staat is uit het water te springen om over barrières te springen. Al is dit met maximaal een halve meter wel iets minder hoog dan de zalm.
Met zijn compacte bouw en een lichaamslengte tot wel 80 cm weet de winde hoge zwemsnelheden te bereiken en grote afstanden af te leggen. Zo zijn gezenderde vissen tot ruim 100 km stroomopwaarts weer teruggevonden. En deze prachtige vis zwemt rond in onze Utrechtse grachten.
Een vis met een Utregs karakter
Stoer
Het is geen aandachtstrekker. Valt niet op. Maar met een lengte tot wel 80 cm is het misschien wel de sterkste en snelst zwemmende riviervis van Nederland.
Eigenzinnig
Met de neus in de stroom wil deze vis enkel stroomopwaarts. Kosten wat het kost. Zijn eigen weg zoekende. Dagenlang zal hij wachten, tot de oude sluis de deuren opent en hij door kan.
Doorzetter
De winde staat er om bekend grote afstanden af te leggen. Als het moet legt hij meer dan 100 km af, voor een geschikte plek om te paaien en eitjes te leggen.
Vismigratie
Vroeg in elk voorjaar gebeurd er iets bijzonders onderwater. Door de voorjaarszon warmt het water langzaam op. En dat is voor veel vissen zoals de winde een teken om op reis te gaan. Massaal zwemmen ze stroomopwaarts, op zoek naar ondiepe beekjes en plantenrijke oevers. Want dit is de perfecte plek om eitjes te leggen; het ondiepe water warmt snel op en tussen de waterplanten kunnen jonge visjes zich verschuilen en voedsel vinden zoals waterdiertjes en algen.
De jonge windes hebben de hele zomer de tijd om op te groeien. Wanneer het herfst wordt koelt het water weer langzaam af. Nu wordt het ondiepe water gevaarlijk, omdat dit in de winter dicht kan vriezen. Dus reizen de vissen, groot en klein, weer stroomafwaarts naar diepe wateren waarin ze overwinteren. Totdat het vroege voorjaar de drang om te reizen weer aanwakkert…
Je ziet het niet, maar ook door de gracht trekken elk voorjaar duizenden vissen vanuit de Vecht richting de Kromme Rijn. Een groot spektakel, dwars door de binnenstad! Maar daarvoor moeten ze wel door de Weerdsluis. Het is dan ook belangrijk dat de Weerdsluis in het (vroege) voorjaar met regelmaat geschut wordt, zodat vissen net als boten kunnen passeren. Vooral in de avond gaan vissen op pad. En misschien, als je geluk hebt, wanneer je in het voorjaar bij het vallen van de avond bij de sluisdeuren gaat kijken, zie je ze zwemmen. Grote scholen windes. Wachtend tot de oude sluis zijn deuren opent…